Grondwettelijk hof vernietigt ontslagdecreet (arrest 85/2025)
Op 8 januari 2024 zette Vlofin, in samenwerking met Exello.net, juridische stappen tot vernietiging van het ontslagdecreet. In een diepgaand en omstandig verzoekschrift werd door GD&A advocaten beargumenteerd dat het bestreden decreet op verschillende gradaties in strijd was met het gelijkheidsbeginsel, doordat hiermee (i) wezenlijk verschillende categorieën van personeelsleden op een identieke wijze werden behandeld zonder redelijke verantwoording, (ii) dit zonder enig onderscheid gebeurde naar decretale graden of andere gezagsfuncties toe, terwijl (iii) minstens moest blijken dat geen volledige gelijkschakeling wordt voltooid.
Ook het terugdringen van het beschermingsniveau (zgn. standstill-beginsel), het ontbreken van enige overgangsregeling, de mogelijkheid van de decreetgever om de Arbeidsrechtbanken bevoegd te maken en diverse beginselen van behoorlijke regelgeving werden aangekaart.
Op donderdag 5 juni 2025 volgde de uitspraak van het Grondwettelijk Hof. Volgens het Hof schendt het decreet het gelijkheidsbeginsel in de Grondwet. De afschaffing van de mogelijkheid tot re-integratie bij onterecht ontslag vormt hierbij het voornaamste probleem. De statutaire tewerkstelling heeft nl. een vast karakter. Die zekerheid verdwijnt bij het louter toekennen van een schadevergoeding bij ontslag, wat de bescherming ondermijnt. Het volstaat ook niet om enkel 'moderniseren/flexibiliseren' als doel te gebruiken ter rechtvaardiging. Het arrest laat alle gevolgen van het ontslagdecreet wel behouden tot de datum van 5 juni 2025 om organisatorische chaos te vermijden. Een uitgebreide toelichting over de inhoud van het arrest vind je op de website van GD&A advocaten of in het persbericht van het Grondwettelijk Hof.
Het Rechtspositiebesluit van 20 januari 2023 moet nu zo snel mogelijk aangepast worden. In afwachting van die aanpassing gelden de ontslagregels zoals ze in de lokale rechtspositieregeling vermeld staan, voor zover ze compatibel zijn met het arrest van het Grondwettelijk Hof. Ook wordt de Raad van State terug bevoegd voor betwistingen over het ontslag van statutaire medewerkers.